Museumstof 018: Wie wat bewaart, heeft wat

Museumstof 017: Kruis of munt
oktober 24, 2002
Museumstof 019: Koper op de keper beschouwd
oktober 28, 2002
Show all

Museumstof 018: Wie wat bewaart, heeft wat

Hebt U er weleens bij stil gestaan waar het woord museum vandaan komt, hoe musea zijn ontstaan en hoe bijvoorbeeld de ontwikkeling in Suriname is geweest? In deze aflevering van Museumstof zullen we U met enkele voorbeelden een stukje geschiedenis geven van het begrip ‘museum’. In latere afleveringen zullen we wat uitgebreider ingaan op het eerste museum in Suriname (al in de 19e eeuw!) en hoe de ontwikkeling ervan in Suriname heeft plaats gevonden.

Het woord museum is afgeleid van het Griekse Mousseion, hetgeen “huis der muzen” betekent. ITILF2011 In de Griekse mythologie waren de muzen de dochters van Zeus, die zich bewogen op het gebied van zang, dans, poëzie en andere schone kunsten. Het mouseion was de plaats waar literatuur en schone kunsten werden beoefend. Aan het hoofd van het mouseion stond een priester. Een exemplarisch voorbeeld van het museum is het antieke mouseion in Alexandrië, uit de derde eeuw vóór Christus. Dit mouseion was niet alleen gericht op de schone kunsten, het was tevens een wetenschappelijk instituut. Op de meest uiteenlopende gebieden werden gegevens verzameld. Daarbij ging de wetenschappelijke benadering vóór het esthetisch genot.

Er zijn oudere voorbeelden dan het mouseion bekend van aangelegde verzamelingen. Zo had bijvoorbeeld prinses Bel-Sjalti-Nannar, hogepriesteres van de maangod in Ur, omstreeks 550 vóór Christus in haar woning een verzameling oudheden en werd tijdens de veroveringen van het Romeinse Rijk, het centrum van Rome een museum waar men de buitgemaakte schatten kon bekijken. In de 15e eeuw had Paus Sixtus IV al een openbare kunstverzameling aangelegd.

In de 14e en 15e eeuw werd het woord museum gebruikt voor privéverzamelingen van rijke kooplieden en vorsten. De term ‘galerij’ werd meer specifiek gebruikt voor kunstverzamelingen. Dat is ook de aanleiding geweest om de begane grond van de officierswoning te Fort Zeelandia waar beeldende kunst tentoonsgesteld wordt, de ‘galerij’ van het Surinaams Museum te noemen. Dan kennen we nog de term ‘rariteitenkabinet’. 70-331 Deze naam werd met name gebruikt voor de zonderlinge, exotische zaken die verzameld werden. De burgemeester van Amsterdam beschikte bijvoorbeeld over een rariteitenkabinet, dat voor de kunstenares Maria Sibylla Merian aanleiding was om in 1699 naar Suriname af te reizen. In dat rariteitenkabinet had zij de meest uiteenlopende exotische insecten gezien, die zij in Suriname “naar de natuur” wilde tekenen. Vanaf het midden van de 18e eeuw verandert het karakter van de verzamelingen. Waren ze tot dan toe bestemd voor een besloten groep, daarna werden ze voor een breder publiek toegankelijk.

Het oudste museum, in de betekenis zoals we die vandaag de dag nog kennen, is het Ashmolean Museum in Oxford, Engeland, dat werd geopend in 1683. Het oudste museum van Suriname werd opgericht in 1864 en was ondergebracht bij het “Surinaams Genootschap ter bewaring van kennis”. Dit museum en de ontwikkelingen erna zullen we in een volgende aflevering van Museumstof  bespreken.

018

Een toepasselijke illustratie bij dit verhaal over het mouseion was niet gauw gevonden. Daarom het volgende: herinnert U zich aflevering 3 van Museumstof  nog? Daarin werd een beschrijving gegeven van een ronde steen met een wat raadselachtige tekst. Naar aanleiding hiervan liet de heer M. Visser ons onlangs een gelijksoortige steen zien, die we hierbij afbeelden. De steen draagt de volgende tekst: “f 80.000 guldens goud & zilver munten begraven 5.6.1859 B.L.C.(?)” Nu blijkt dat er inmiddels twee van deze stenen bekend zijn, mogen we dan concluderen dat er misschien nog meer zijn? Nogmaals de vraag: is er iemand die ons meer over deze stenen kan vertellen? Wij zijn reuze benieuwd!