Museumstof 69: Verzamelwoede op het kinderboekenfestival

Museumstof 68: Zusters uit Suriname
januari 3, 2005
Museumstof 70: Steengoed
februari 15, 2005
Show all

Museumstof 69: Verzamelwoede op het kinderboekenfestival

Een museum begint meestal als een kleine verzameling voorwerpen. Deze verzameling kan uit de kluiten wassen en zo groot worden dat een particulier de stukken die tot de verzameling behoren niet meer binnen zijn eigen woning kan opslaan. Dan wordt er naar andere huisvesting omgekeken. Als de verzameling voorwerpen belangrijk genoeg is, kan er zo een museum ontstaan. Verzamelen begint al vaak op jonge leeftijd, kinderen houden van sparen. Als peuters, en ook op de kleuterschool, zijn het al verwoede verzamelaars.

Voorwerpen hebben een universele aantrekkingskracht en kinderen vertonen vaak een groot enthousiasme voor het ‘tastbare’. Hoe vaak moeten we ze niet zeggen dat ze van de spullen, in de winkel bijvoorbeeld, moeten afblijven? Kleine dingen kunnen al interessant zijn: vroeger bewaarden we sigarenbandjes, postzegels of luciferdoosjes. Nu denken we meer aan flippo’s en kaartjes van beroemde persoonlijkheden of striphelden. In de geschiedenisboekjes van de derde klas lagere school staat dan ook een lesje over verzamelen. Als scholen op bezoek komen in Fort Zeelandia wijzen we de kinderen ook op de verschillende verzamelingen. Zij denken vaak dat een museum ‘is om oude dinges te bewaren’, maar komen al gauw tot de ontdekking dat het ook de moeite waard is om voorwerpen die specifiek bij onze Surinaamse culturen horen, te koesteren. En moderne kunst natuurlijk, omdat die vaak uniek is.

Tijdens het kinderboekenfestival (20-26 februari) zal de Educatieve Dienst van de Stichting Surinaams Museum ook aanwezig zijn in het Flamboyantpark. We besteden dan aandacht aan verzamelen. Dit in combinatie met het thema van de kinderenboekenweek: ‘milieu’. Als je naar een verzameling objecten kijkt, wat kan je daar dan over te weten komen? Aan de hand van een aantal vragen leren kinderen om op een andere, nauwkeuriger wijze naar voorwerpen te kijken en ze te beschrijven. Natuurlijk kijken ze ook naar de relatie met de natuur; zijn deze voorwerpen milieuvriendelijk, of zijn ze juist schadelijk voor onze omgeving. Tegelijkertijd zullen kinderen ontdekken dat voorwerpen die vroeger werden gebruikt nog heel functioneel kunnen zijn, hergebruikt kunnen worden en eigenlijk helemaal niet hoeven te worden afgedankt als het om bepaalde functies gaat.

voorbeeld van een verzameling: de collectie antiek meubilair van het Surinaams Museum tijdens de interne verhuizing naar het nieuwe meubeldepot.

U kunt zich nu natuurlijk afvragen: wat heeft dat met lezen te maken? De huidige situatie is nog zo dat zowel de school als de maatschappij niet toegerust zijn om kinderen te leren goed te observeren. Zodra we leren op wélke manieren voorwerpen bekeken kunnen worden, krijgen ze een enorme kracht om ons iets te leren. Museumbezoek kan ertoe leiden dat deze vaardigheden spelenderwijs, stapje voor stapje worden aangeleerd. En natuurlijk kunnen we kinderen ook leren observeren op het Kinderboekenfestival. Jongeren, van welke leeftijd ook, kijken allen op een verschillende manier, het vertrekpunt is vaak zeer divers. Al deze manieren kunnen waardevol zijn, zeker als ze hun observaties vastleggen. Want gewone spullen die mensen in het dagelijks leven gebruikten of nu nog gebruiken, kunnen heel veel zeggen over de organisatie en kwaliteit van dat leven. Door uitgebreid op te schrijven wat ze zien, kunnen ze het leven van gewone mensen documenteren. De observaties kunnen natuurlijk in verhaalvorm gegoten worden. Onze taak is het dan om jonge, talentvolle schrijvers te signaleren en aan te moedigen. Wie weet zullen er tijdens dit kinderboekenfestival enkele opduiken. En schrijven ze mooie verhalen over objecten uit de Surinaamse cultuur.