Regelmatig wordt in museumstof gewag gemaakt van een schenking die recent binnengekomen is. In vroege afleveringen ging dat onder de titel “wie bewaart heeft wat”.
Van mevr. Blank-Sleeboom in Nederland ontvingen we spullen uit de nalatenschap van haar grootvader, gouverneur Archibald Currie. Currie was waarnemend gouverneur van 19 maart 1962 tot 3 maart 1963 en hij was gouverneur van 23 maart tot 24 september 1964. Inmiddels 75 jaar, nam hij op eigen verzoek ontslag. Currie was het eerste ‘landskind’ dat gouverneur werd. Hij begon zijn loopbaan als landmeter, was verder hypotheekbewaarder, districtscommissaris, commissaris van politie, statenlid en minister.
Van de schenking maakt een prachtig privé fotoalbum deel uit, waarin onder andere het bezoek van de prinsessen Irene en Margriet is opgenomen alsook de bezoeken van bijvoorbeeld minister Biesheuvel en dat van Olave Baden-Powell, de echtgenote van Lord Baden Powell, de grondlegger van de internationale scouting beweging. En een bezoek aan het binnenland met prof. W.J. van Blommestein, naar wie het stuwmeer is vernoemd.
Bij zijn afscheid kreeg gouverneur Currie twee fotoalbums aangeboden, een van het Nationaal Comité Afscheid Gouverneur Currie en verzorgd door de RVD (Regeringsvoorlichtingsdienst) en een van het afscheid van de Tris (Troepenmacht in Suriname) op 24 september 1964. Van de bevolking van de Westelijke Polders in Nickerie kreeg hij een thali, een koperen schotel met daarin de volgende tekst gegraveerd: “Ter herinnering aan uw afscheid van de West. Pold. Nickerie 11-9-1964”.
Verder zijn er diverse en soms van een opdracht voorziene ingelijste foto’s van leden van het Koninklijk Huis en diverse officiële uitnodigingen, een telegram van koningin Juliana en Prins Bernhard en twee aardewerken herinneringsborden (geboorte prinses Margriet en bevrijding van Nederland op 5 mei 1945). Bijzonder is een ovalen koperen bekken, waarschijnlijk van Surinaamse origine, waarvan vermeld wordt dat het diende om babies in te baden.
Heel apart zijn een chique jaren ’60 jurk van mevr. Currie en een metalen zeepbakje met glaasje in het deksel. En zo zijn er nog wat zaken die de schenking completeren.
Vanaf deze plaats zeggen we de minister van Buitenlandse Zaken, mevr. Badrising en de betrokken medewerkers, alsook die op de ambassade in Den Haag, nog eens hartelijk dank voor het bij wijze van uitzondering willen transporteren van deze bijzondere schenking. Een bijdrage die de eerste Surinaamse gouverneur zeker verdiende.
En ook nog eens een extra bedankje richting de kleindochter van gouverneur Currie, die het presteerde om zaken die eerder aan een museum in Nederland waren gegeven, met moeite terug te halen omdat ze vond dat ze toch echt in Suriname thuis horen. En daar kunnen wij het alleen maar mee eens zijn!
Momenteel worden plannen uitgewerkt om in het museum een speciale vitrine te bestemmen voor recente aanwinsten. Meestal verdwijnen deze direct in de depots, maar wij willen u graag deelgenoot laten worden van wat er zoal binnenkomt. Het wordt een vitrine met een roulerend karakter: de jongste aanwinsten erin, de oudste naar het depot of elders in het museum.