het Kordonpad van Suriname

3cordonpadFrans C. Bubberman en Rob van Petten, het Kordonpad van Suriname (Paramaribo 2011). 54 pagina’s.

Libri Musei Surinamensis 5.

De aanleg in Suriname in de 18e eeuw van het “Kordon van Defensie” is de laatste decennia in de belangstelling gekomen. Dit Kordonpad bestond uit een opengekapte weg met daarlangs verspreide en bewapende wachtposten. Het betrof een verdedigingslinie rondom de plantages van de Oude Kolonie tegen de aanvallen van groepen naar het bos gevluchte slaven, de marrons, die zich in die tijd in verschillende stammen tot krachtige tegenstanders hadden samengevoegd.

Die koloniale strategie berustte toen blindelings op het instituut van de slavernij, dat wel, maar men kan zich nu in dit geval afvragen wie nou écht een slavenbestaan had, de vrije marron in het bos of de geronselde soldaat op het Kordonpad.

De aanleg van het Kordonpad op zichzelf was bovendien een twistpunt tussen de gouverneur en zijn zuinige kolonisten, versterkt door het ambitieuze gedrag van het hoofd van een militaire hulpmissie uit het moederland. Welbeschouwd heeft het Kordonpad dan ook niet of nauwelijks aan zijn oorspronkelijke militaire doel beantwoord. Veel meer betekenis had het voor de latere behoefte aan vreedzame infrastructuur.

Thans echter heeft de natuur zich weer over het Kordonpad ontfermd. Op vele plaatsen is het pad nog herkenbaar aan de begeleidende bermsloten en de bedelving ter plaatse van de verdwenen wachtposten, alsmede aan baksteenfundamenten en enkele waterputten, maar er is veel meer. Vooral afwijkingen in de weergekeerde vegetatie bleken een nuttige gids te zijn voor nader sporenonderzoek.

Sedert de eerste officiële verkenning naar sporen in 1930 hebben vele latere zoektochten, inclusief die van schrijvers dezes, spoeren opgeleverd die tezamen met gegevens uit de beschikbare literatuur tot onderhavige publicatie konden leiden.